Ha, die Lezers;
Heraclitus stond als aan de grond genageld. Vervreemding maakte zich van hem meester.
Op het moment dat hij zich wilde omdraaien ontwaarde hij toch een bekend gezicht in deze vreemde, onbekende ruimte dat hem vriendelijk vroeg of hij van dienst kon zijn. Heraclitus noemde de naam van het autofiel/lcultureel/filosofische cafe waarnaar hij zocht en tot zijn verbazing werd bevestigd dat hij zich daar bevond. Vreemd; de pui leek toch niet al te veel te zijn veranderd, maar na het jarenlang bezoeken van deze gelegenheid slaat een stamgast daar waarschijnlijk niet zoveel acht op. Het interieur daarentegen was van een andere orde. Van een andere wereld zelfs, scheen het hem toe. Modern, ruim, licht, fris, moderne mensen zouden van design spreken, maar het miste de wat muffe en benauwde sfeer en uitstraling die hem zo vertrouwd was. Heraclitus was geen man van aanpassingen omwille van de verandering en vreesde dat zijn schuilplaats voor eeuwig uit zijn bestaan gewist was.
Hij informeerde bij de uitbater die, zichtbaar vermoeid door alle inspanningen en improvisaties om de deur op tijd weer voor de klanten te kunnen openen, vertelde van de rampen die het pand in de afgelopen dagen getroffen hadden en dat hij met veel pijn en moeite was gekomen tot waar hij nu stond. Om niet onbeleefd over te komen gaf Heraclitus aan wel in te zijn voor een flinke maatschappelijke discussie of een fijne technische uiteenzetting.
Helaas, werd hem gezegd, was er van de hier bekende kwaliteitskaart niets heel gebleven en restte er op korte termijn niets dan wat gebabbel. Heraclitus gruwde bij de gedachte dat er weinig onderscheid leek over te zijn met al die andere moderne snelle gelegenheden met hun comfortabele stoelen, heldere verlichting en gebrek aan diepgang. Maar de beleefdheid won en hij nam plaats.
Inmiddels druppelden een aantal vaste gasten de zaak binnen, al even bevreemd als hijzelf. Sommigen namen gelijk plaats en knoopten een gesprek aan alsof er niets was veranderd, anderen keken verbaasd om zich heen. Handen werden geschud en reacties uitgewisseld. Schuchter klonk een onderdrukte lach, een argument werd zachtjes op tafel gelegd.
Heraclitus keek nog eens rond; die oude tent was eigenlijk natuurlijk wel aan een opknapbeurtje toe. Het licht iets dimmen, andere gordijnen, verf en een behangetje en het zou best wel eens wat kunnen worden. Hij leunde achterover met een vaag gevoel van tevredenheid.
Die nieuwe stoel zat toch eigenlijk best wel lekker….
Op het moment dat hij zich wilde omdraaien ontwaarde hij toch een bekend gezicht in deze vreemde, onbekende ruimte dat hem vriendelijk vroeg of hij van dienst kon zijn. Heraclitus noemde de naam van het autofiel/lcultureel/filosofische cafe waarnaar hij zocht en tot zijn verbazing werd bevestigd dat hij zich daar bevond. Vreemd; de pui leek toch niet al te veel te zijn veranderd, maar na het jarenlang bezoeken van deze gelegenheid slaat een stamgast daar waarschijnlijk niet zoveel acht op. Het interieur daarentegen was van een andere orde. Van een andere wereld zelfs, scheen het hem toe. Modern, ruim, licht, fris, moderne mensen zouden van design spreken, maar het miste de wat muffe en benauwde sfeer en uitstraling die hem zo vertrouwd was. Heraclitus was geen man van aanpassingen omwille van de verandering en vreesde dat zijn schuilplaats voor eeuwig uit zijn bestaan gewist was.
Hij informeerde bij de uitbater die, zichtbaar vermoeid door alle inspanningen en improvisaties om de deur op tijd weer voor de klanten te kunnen openen, vertelde van de rampen die het pand in de afgelopen dagen getroffen hadden en dat hij met veel pijn en moeite was gekomen tot waar hij nu stond. Om niet onbeleefd over te komen gaf Heraclitus aan wel in te zijn voor een flinke maatschappelijke discussie of een fijne technische uiteenzetting.
Helaas, werd hem gezegd, was er van de hier bekende kwaliteitskaart niets heel gebleven en restte er op korte termijn niets dan wat gebabbel. Heraclitus gruwde bij de gedachte dat er weinig onderscheid leek over te zijn met al die andere moderne snelle gelegenheden met hun comfortabele stoelen, heldere verlichting en gebrek aan diepgang. Maar de beleefdheid won en hij nam plaats.
Inmiddels druppelden een aantal vaste gasten de zaak binnen, al even bevreemd als hijzelf. Sommigen namen gelijk plaats en knoopten een gesprek aan alsof er niets was veranderd, anderen keken verbaasd om zich heen. Handen werden geschud en reacties uitgewisseld. Schuchter klonk een onderdrukte lach, een argument werd zachtjes op tafel gelegd.
Heraclitus keek nog eens rond; die oude tent was eigenlijk natuurlijk wel aan een opknapbeurtje toe. Het licht iets dimmen, andere gordijnen, verf en een behangetje en het zou best wel eens wat kunnen worden. Hij leunde achterover met een vaag gevoel van tevredenheid.
Die nieuwe stoel zat toch eigenlijk best wel lekker….
Comment