Je verzint het weer eens niet, hè.
Bij onze goede Nederlandsche Spoorwegen waren dit weekend werkzaamheden. Reizigers naar Duitsland moesten daarom vanaf Hengelo een heel stuk met de bus. Freundin wás vandaag reiziger naar Duitsland. Maar bussen kan natuurlijk niet, dus ik zei: ik breng je wel even.
Amsterdam - Bad Bentheim (het grensstation) is immers maar een poep en een scheet.
Aldus staan wij daar rond 17:30 uur op het perron een filmwaardig afscheid te nemen naast de trein. Horen we het geluid van een intens gemartelde auto. Direct náást het perron is een parkeerplaatsje, en daar staat een Skoda Felicia Combi. Achter het stuur een knalrood verbrande man in een Hawaii-shirt (je verzint het echt niet). Probeert met woedend huilende motor de auto van de parkeerplaats af te krijgen. Maar dat lukt niet, want de achterwielen zijn geblokkeerd. Soms weet hij de auto een metertje achteruit te krijgen. Dan weer sleept hij de auto met hoge toeren een metertje over z'n stilstaande achterwielen naar voren.
Afijn, het hele perron kijkt het eens een tijdje aan en vraagt zich af waarom de man de handrem er niet gewoon afhaalt.
De man stapt uit, kijkt naar z'n achterwielen, kijkt wat onzeker naar ons, stapt weer in. Weer heen en weer. Echt, die auto werd zó verschrikkelijk gemarteld. Er begon al iets te roken onder de motorkap.
Freundin zegt: "Wil je niet even gaan kijken?"
Ik: "Ik?"
Freundin: "Ja, toe nou maar. Dit doet gewoon zeer. Die arme auto."
Nou goed dan. Dus ik naar die man. Prent het nog even even in uw hoofd hè. Ik herhaal: een blauwe Skoda Felicia Combi, HELEMAAL omhuld met blauwgrijze walm van verbrande koppelingsplaten. Ernaast een vertwijfeld kijkende roodverbrande Duitser, ietwat corpulent, in een Hawaii-shirt: "Der will einfach nicht vom Platz!"
Dus ik zeg zoiets van: laat hem maar even afkoelen tot ie niet meer walmt, ik ga nu even Mutti die Frau uitwuiven en over vijf minuten kom ik wel helpen.
Goed, trein verdwijnt even later in de verte. Het station verzinkt weer in de stilte van fluitende vogeltjes en ruisende bomen. De Skoda tikt nog wat na. De man steekt ondertussen een heel verhaal af tegen een geïnteresseerd toekijkende bejaarde, over dat ie twee weken op vakantie was, en dat de auto nu niet meer van z'n plek komt en weetikhetallemaal.
Ik vraag of de man een hamer heeft.
Die heeft ie. Ergens onder de hele berg met zooi achter in de Combi.
Dus. Sleuteltjes in beslag nemen, auto in de versnelling, handrem eraf, eronder kruipen, links een harde hamerslag tegen de remtrommel, rechts een harde hamerslag tegen de remtrommel. TWOINKKK doet de Skoda, en los is ie.
Man DOLGELUKKIG. Begint al te zoeken naar z'n laatste geld en pakjes sigaretten om me te betalen.
Had toch bijna 3 euro en één pakje shag verdiend, vandaag. Als ik niet had afgewimpeld. :-)
Bij onze goede Nederlandsche Spoorwegen waren dit weekend werkzaamheden. Reizigers naar Duitsland moesten daarom vanaf Hengelo een heel stuk met de bus. Freundin wás vandaag reiziger naar Duitsland. Maar bussen kan natuurlijk niet, dus ik zei: ik breng je wel even.
Amsterdam - Bad Bentheim (het grensstation) is immers maar een poep en een scheet.
Aldus staan wij daar rond 17:30 uur op het perron een filmwaardig afscheid te nemen naast de trein. Horen we het geluid van een intens gemartelde auto. Direct náást het perron is een parkeerplaatsje, en daar staat een Skoda Felicia Combi. Achter het stuur een knalrood verbrande man in een Hawaii-shirt (je verzint het echt niet). Probeert met woedend huilende motor de auto van de parkeerplaats af te krijgen. Maar dat lukt niet, want de achterwielen zijn geblokkeerd. Soms weet hij de auto een metertje achteruit te krijgen. Dan weer sleept hij de auto met hoge toeren een metertje over z'n stilstaande achterwielen naar voren.
Afijn, het hele perron kijkt het eens een tijdje aan en vraagt zich af waarom de man de handrem er niet gewoon afhaalt.
De man stapt uit, kijkt naar z'n achterwielen, kijkt wat onzeker naar ons, stapt weer in. Weer heen en weer. Echt, die auto werd zó verschrikkelijk gemarteld. Er begon al iets te roken onder de motorkap.
Freundin zegt: "Wil je niet even gaan kijken?"
Ik: "Ik?"
Freundin: "Ja, toe nou maar. Dit doet gewoon zeer. Die arme auto."
Nou goed dan. Dus ik naar die man. Prent het nog even even in uw hoofd hè. Ik herhaal: een blauwe Skoda Felicia Combi, HELEMAAL omhuld met blauwgrijze walm van verbrande koppelingsplaten. Ernaast een vertwijfeld kijkende roodverbrande Duitser, ietwat corpulent, in een Hawaii-shirt: "Der will einfach nicht vom Platz!"
Dus ik zeg zoiets van: laat hem maar even afkoelen tot ie niet meer walmt, ik ga nu even Mutti die Frau uitwuiven en over vijf minuten kom ik wel helpen.
Goed, trein verdwijnt even later in de verte. Het station verzinkt weer in de stilte van fluitende vogeltjes en ruisende bomen. De Skoda tikt nog wat na. De man steekt ondertussen een heel verhaal af tegen een geïnteresseerd toekijkende bejaarde, over dat ie twee weken op vakantie was, en dat de auto nu niet meer van z'n plek komt en weetikhetallemaal.
Ik vraag of de man een hamer heeft.
Die heeft ie. Ergens onder de hele berg met zooi achter in de Combi.
Dus. Sleuteltjes in beslag nemen, auto in de versnelling, handrem eraf, eronder kruipen, links een harde hamerslag tegen de remtrommel, rechts een harde hamerslag tegen de remtrommel. TWOINKKK doet de Skoda, en los is ie.
Man DOLGELUKKIG. Begint al te zoeken naar z'n laatste geld en pakjes sigaretten om me te betalen.
Had toch bijna 3 euro en één pakje shag verdiend, vandaag. Als ik niet had afgewimpeld. :-)
Comment